“de arbeider zal door het maken van smaakvolle en degelijke voorwerpen weer plezier in zijn werk krijgen, hetgeen uiteindelijk tot een gelukkiger leven zal leiden”. (Gerrit Pelt)
Bernard Buurman en Gerrit Pelt.
Tussen 1900 en 1902 werkte Buurman als leerling bij Pelt. Pelt is zijn loopbaan begonnen in Rotterdam als timmerman, bouwkundig tekenaar en aannemer. In de loop van de tijd wist hij een bloeiend aannemersbedrijf op te bouwen. Van 1889 tot 1893 had Pelt samen met H.J.G. Hakkert een aannemersbedrijf en timmerwerkplaats annex architectenbureau in Rotterdam en van 1904 tot en met 1906 had hij samen met Ph. van der Heyden een soortgelijk bedrijf, de firma Pelt & van der Heyden. Buurman zat, net als Pelt, op de Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen in Rotterdam.
Bernard Buurman beschrijft die periode als volgt:
‘Ik zal zo ongeveer 16 jaar geweest zijn toen ik een plaatsje kreeg bij onzen mede rotarian J.J. Pelt Gzn, thans directeur van de L.O.V. te Oosterbeek, toentertijd architect met een zeer drukken praktijk en, als gewoonte is in Rotterdam, daarbij een grooten timmermans-winkel. Ik werd geplaatst bij de bouw van de Nationale Levensverzekerings Bank in de Boompjes en werd daar, als vroeger een lichtmatroos voor de mast, terdege door de wolf geverfd’.
Als leerling van een ambachtsschool werd Buurman bij Pelt niet voor vol aangezien. Buurman beschrijft dit als volgt: ‘Men moet daarbij, hoe vreemd het ook moge klinken, bedenken, ik spreek nl. van 35 jaar geleden, dat jongens van de ambachtsschool eigenlijk niet voor vol werden aangezien in tegenstelling met jongens van dienzelfden leeftijd, die zoo van de lagere school op het werk kwamen. Je durfde nl. niet over een smallen balk te loopen, sloeg op je vingers als je een plafond moest rasteren of liet je draadnagels uit je handen vallen. Moest om 11 uur een borrel halen en mede drinken, kortom met of zonder protest werd ik in korten tijd een heel ander mensch, ook wat allerlei wijsheden betreft. Doch ik sloeg me erdoor. Werken van 6 tot 12 , thuis lunchen en dan weer van 13.30 tot 5 en daarna op een drafje naar de academie, ook op zaterdag.
Verkleeden tijdens het opeten van de noodige boterhammen om op tijd op de academie te kunnen zijn en dan iederen avond tot 10 uur, soms, als men overdag in de felle kou was geweest, ’s avonds bij de warme kachel lessen in trigonometrie, goniometrie, beschrijvende meetkunde, scheikunde en wat niet al, en dan in je groeijaren steeds wakker te blijven en last but not least, ook over te gaan aan het eind, dan kan men zich voorstellen dat dit geen walk-over was. Trouwens, de resultaten wezen dit ook wel uit, als men in aanmerking neemt, dat in het eerste leerjaar destijds 10 parallelklassen waren elk van ongeveer 30 leerlingen terwijl aan het eind ten hoogste 20 hun einddiploma wisten te verwerven, waarvan dan nog verscheidenen tweemaal over een klas moesten doen. Toch ben ik zonder haperen de eindstreep gepasseerd, vraag niet hoe?’
Toen Bernard Buurman in 1924 zijn eigen huis annex architectenbureau bouwde aan Cronesteinkade 18 in Leiden, gaf hij LOV de opdracht meubilair te maken voor zijn huis, bestaande uit zitkamer, eetkamer, studeerkamer en ouderlijke slaapkamer. Deze meubelen pasten bij de stijl van zijn huis. Waarschijnlijk sloten ze ook aan bij zijn maatschappelijke visie.
Vermoedelijk kruisten Pelt en Buurman hun wegen vaker, daar Pelt het interieur van het stadhuis te Rotterdam verzorgde, dat door architect Evers is ontworpen en voor wie Buurman werkzaam was. Bernard Buurman was waarschijnlijk ook lid van de Vrijzinnig Democratische Bond.
Na het overlijden van zijn weduwe Mary Buurman-Den Hollander zijn de meubels verdeeld over de dochters.
Fleur Gieben
Fleur Gieben is de oprichter van de site over haar grootvader Bernard Buurman. Zij is op zoek naar meer informatie over de werkzaamheden van Buurman. Heeft u informatie, dan kunt u haar berichten: Giebenfleur@gmail.com. Of door gebruik te maken van ons contactformulier of mailadres.
Bronnen:
bernardbuurman.nl
Literatuur:
Boek: ‘LOV 19-10-1935, een idealistische meubelfabriek’ door Karin Gaillard, 1991